Oefenmatches tegen Kramer en Stumpers

Alex Vinken was in Limburg oppermachtig. Hij zocht dan ook mogelijkheden om tegen nationale topspelers te schaken. Hij kreeg hiervoor de steun van een speciaal voor hem opgericht comité. Voorzitter van dit Vinken-comité was G. Haus. Er werden in 1942 twee oefenmatches georganiseerd. Het comité zorgde voor de benodigde financiën.

 

1942, Vinken -Kramer 

De eerste match speelde Alex Vinken tegen de kampioen van Friesland, Haye Kramer. Zij speelden een tweekamp over zes partijen in de week van 18 - 24 januari 1942 in enkele plaatsen in Zuid-Limburg. Het werd helaas een zware nederlaag, 1-5.

In het Tijdschrift van de Nederlandse Schaakbond  van februari / maart 1942 werd uitvoerig verslag gedaan van deze tweekamp. We citeren hier uit dit tijdschrift (in verband met een nauwkeurige weergave van de originele tekst is de oude Nederlandse taal gehandhaafd).

Zaterdagavond 17 januari arriveerde de Friesche kampioen Kramer in gezelschap van den heer Waling Dijkstra met een uur vertraging in het centrum van de Mijnstreek, om aldaar gedurende een week te vertoeven. De heer Van Vliet was reeds met een vroegere trein aangekomen.

Zondagmiddag hadden veel belangstellenden zich verzameld in het nieuwe clublokaal van de Heerlensche schaakvereeniging, de bovenzaal van café-restaurant “Ruto”, als de voorzitter dier vereniging, de heer Th.C. van Rossum, allen een welkomstwoord toeriep, in het bijzonder den Frieschen kampioen.

Vervolgens sprak de voorzitter van den Limburgschen Schaakbond, ir. Bianchi. Hij bracht hulde aan het Vinken-comité, en vooral aan diens voorzitter, den heer G. Haus.  Door zijn toedoen en financiële steun kwam de wedstrijd, waarover wel eens vaker gesproken was, thans zo vlot tot stand. Hij hoopte, dat de aangeknoopte vriendschapsbanden tussen beide bonden van blijvenden aard zullen zijn. De heer Waling Dijkstra dankte voor de hartelijke ontvangst.

DiagramVinken KramerBij de loting trok Vinken wit, en opende met c2-c4, waarop Kramer met Pg8-f6 antwoordde. Met verwisseling van zetten werd het een Konings-Indische partij. Doordat wit te laat zijn d-pion opspeelde, kwam hij gedrukt te staan. Na den 31sten zet van zwart was de volgende stelling bereikt: 

Wit (A. Vinken): Kg1, Ta4, Pb6, Pc3, Lh3, pionnen a3, d4, e3, f2, g3, h2.

Zwart (H. Kramer): Kg8,Td8, Pc7, Ld3, Lf8, pionnen b7, d5, e4, f7, g6, h7.

Wit speelde 32. Ta4-a5, hetgeen een fout is, die hem de partij kostte. Met 32. Lh3-d7,  had hij remise bereikt. Na den tekstzet verloor hij een pion en moest spoedig opgeven.

De tweede partij werd op maandagavond te Maastricht gespeeld in hotel de l’Univers. De voorzitter van de Maastrichtse Schaakvereniging sprak een geestig welkomstwoord en hoopte, dat deze wedstrijd een aangename herinnering in het Friesche en Limburgsche schaakleven zal blijven.

Kramer opende met den koninginnepion en Vinken koos de Tarrasch-verdediging, waarbij zwart een pion offert ter verkrijging van een snelle ontwikkeling. De belangstelling werd intussen ook groter. Geleidelijk kwam het tot koninginneruil en verdwenen drie lichte stukken van het bord.

DiagramKramer VinkenIn den volgenden stand bood Vinken remise aan, hetgeen Kramer weigerde.

Wit (Kramer): Kg2, Ta7, Td4, La2, pionnen f2, g3, h2

Zwart (Vinken): Kg7, Tb8, Tf8, Pf6, pionnen f7, g6, h7.

Door een foutzet, namelijk Tb8-d8  verloor Vinken snel.

In de derde partij, op dinsdagavond, eveneens te Maastricht, behandelde Vinken (wit) in een Oost-Indische partij de opening slecht. Hij koos de Lg2-variant, en geraakte door goed spel  van zwart  een pion achter. Kramer koos niet de sterkste voortzetting, waarvan Vinken profiteerde en de pion terugwon. Op de 19e zet had zwart met f7-f5 een winnende aanval kunnen krijgen. De partij werd remise. De heer Bergsma kwam heden den Frieschen kampioen vergezellen.

De vierde partij werd woensdagavond te Heerlen gespeeld. Kramer opende weder met den koninginnepion, waartegen Vinken de Nimzo-Indische verdediging koos met de c5-variant. Vinken speelde tamelijk riskant, door de koningspionnen naar voren te brengen. Reeds in zijn 13e beurt deed hij een foutzet, welke hem twee lichte officieren tegen een toren kostte. Hij kwam niet tot de rokade en na koninginneruil was zijn stelling hopeloos. Geruimen tijd speelde hij nog verder en trachtte in troebel water te vissen, doch Kramer, die de gehele partij sterk speelde, gaf hem geen kans. Op de 38e zet gaf Vinken op. Een applaus getuigde dat de wedstrijd voor Kramer gewonnen was. Stand 3½ - ½. Jammer dat de spanning er reeds zo gauw uit was.

Donderdag werd te Spekholzerheide, de woonplaats van Vinken, gespeeld. De vijfde partij werd een Siciliaan, waarin Vinken zijn eigen systeem toepaste, hetgeen ook eenmaal door dr. Euwe tegen Mühring werd gespeeld. Wit vond niet de beste plaatsen voor zijn stukken, en gaf onnodig een tempo, waardoor hij op den 14e zet een pion verloor. Na koninginneruil kreeg zwart op de e-lijn een vrijpion, welke tot de 3e lijn oprukte. Wit verdedigde zich goed en won den e-pion, doch ten koste van de kwaliteit. De partij werd afgebroken en bij hervatting na 16 zetten door wit opgegeven. Tot onze verwondering toonden Vinkens dorpsgenoten weinig belangstelling.

Vrijdag werd voor het laatst te Heerlen gespeeld. In een korte Fransche partij, waarin alle stukken geruild werden, werd reeds op de 18e zet tot remise besloten. Hiermee was de wedstrijd geëindigd. Eindstand: Kramer 5,  Vinken 1.

Een pover resultaat voor de Limburgse kampioen en een teleurstelling voor de Limburgers, die er zich meer van hadden voorgesteld. Kramer was in goeden vorm en zijn overwinning is volkomen verdiend. Bij Vinken ontbreekt nog de routine en misten wij zijn gewone rustige spel. Ongetwijfeld heeft hij de nodige lessen uit dezen wedstrijd getrokken. Hij zal zich deze bij een volgende gelegenheid ten nutte maken.

Kramer speelde vrijdagavond simultaan voor leden van de Heerlensche schaakvereniging. Resultaat: 11 gewonnen, 4 remise, 3 verloren.

Op zaterdag speelde hij in het clublokaal van de Wijker schaakvereniging “De Pion” te Maastricht simultaan: 19 gewonnen, 2 remise.

Intussen vond nog een vierkamp plaats tussen twee Limburgers en twee Friezen met het volgende resultaat: 1e en 2e plaats J. Nijburg (Heerlen) en J.C. van Vliet (Leeuwarden) elk 2 punten; 3e en 4e plaats W. Dijkstra (Leeuwarden) en C. Kuypers (Maastricht) elk 1 punt.

Den 25sten januari verliet Kramer Limburg, om naar zijn vaderstad terug te keren.

 

1942, Vinken - Stumpers

Na de match tegen Kramer volgde een match tegen de Brabantse kampioen, drs. L. Stumpers. Alex herstelde zich prima van de nederlaag in de eerste match. Hij versloeg Stumpers met 3½-2½. Ook deze tweekamp werd georganiseerd door het Vinken-comité, nu in Heerlen. In het Tijdschrift van de Nederlandse Schaakbond van mei 1942 valt te lezen:

Het was te verwachten dat Vinken zich tot het uiterste zou inspannen om zich te herstellen van zijn gevoelige nederlaag tegen H. Kramer. Dit is hem gelukt.

De eerste partij, gespeeld op zaterdag 18 april, was een verkennen van elkaars krachten; de partij werd reeds vrij spoedig remise.

In de tweede partij was Vinken goed op dreef en dwong zwart op de 22e zet tot overgave; het was de beste partij. De derde partij speelde Vinken zwak, waarvan wit goed profiteerde en won. De vierde partij wist Vinken in een toreneindspel met een pluspion te winnen.

In de vijfde partij profiteerde Stumpers van de zwakke punten van zwart, terwijl Vinken zulks omgekeerd in de zesde partij deed, en met een torenoffer won.

Uitslag: Vinken - Stumpers 3½ - 2½.

 

Nederlands Limburg - Belgisch Limburg

De teams van Nederlands Limburg en Belgisch Limburg ontmoetten elkaar in een jaarlijkse wedstrijd. In een artikel in het tijdschrift van de KNSB uit 1945 wordt gemeld dat de Nederlanders zegevierden met 27-10 en het jaar daarvóór in Maaseik met 20-10. In 1945 zat Alex Vinken aan het eerste bord. Hij won van prof. Bleukx. Hier volgen de namen van de spelers van het team van Nederlands-Limburg in 1945 (deze lijst is tevens de bordvolgorde):

Vinken, Meddeler, Kirkels, Dohr, Baum, Lemmens, Stevenhagen, v.d. Bergh, Zanders, Eijmael, Baburek, Bronneberg, Smits, Van Hoek, Ritzerfeld, Van Kroonenburg, Rosmüller, Nijburg, Kuyper, Willers, Op de Camp, Van Bergen, Hess, Zawiolkowski, Posma, Den Brock, Römgens, Hayen, Liebrand, Peters, v.d. Bogaard, v.d. Holst, Zimmerman, Varga, Keppenne, Moors, Gulpers.

Zijn presteren in de (voorronden van) de Nederlandse kampioenschappen, leidde voor Alex Vinken tweemaal tot een uitnodiging om uit te komen voor het Nederlands team.

West-Duitsland – Nederland, 1951

De eerste maal maakte hij deel uit van het nationaal team tegen West-Duitsland, op 24 en 25 november 1951 in Düsseldorf. Dit was de eerste officiële naoorlogse wedstrijd tegen Duitsland. Er werd gespeeld aan 10 borden. Ieder speelde tweemaal tegen dezelfde tegenstander. Op de eerste twee borden van het Nederlandse team speelden de coryfeeën dr. Max Euwe en Jan-Hein Donner.

Alex Vinken werd opgesteld aan het 8e bord. Hij speelde tweemaal tegen W. Jäger.

Alex wist zijn eerste partij, met zwart, keurig te winnen. In de tweede partij leek hij opnieuw de volle buit binnen te gaan halen. Maar in vrijwel gewonnen stand gaf hij een stuk weg. Hij moest vervolgens alle zeilen bijzetten om nog een remise uit het vuur te slepen. Dat lukte. Zo wist hij met een score van 1½ uit 2 zijn steentje bij te dragen aan de overwinning van Nederland.

De remise tegen Jäger was zwaar bevochten. Alex zat nog als laatste van het team aan het bord. Zijn teamgenoten gingen alvast met de auto’s naar het hotel. Euwe mompelde: ‘Vinken houdt dat wel remise’. Alex speelde door tot de remise een feit was. Hij moest toen te voet, in de donkere nacht, nog kilometers afleggen om in het hotel te komen.

UitslagDuitsland NederlandNederland had in de eerste ronde aan de oneven borden wit.

In de eerste ronde wonnen de Nederlanders met 5½-4½. Volgens het artikel in het KNSB-tijdschrift dat we als bron hebben geraadpleegd, was de voorlopige uitslag van de tweede ronde 4½-4½. De partij Heinicke-Bouwmeester was nog niet tot een beslissing gebracht. De moeilijke stelling in deze partij zou volgens de mening van de meeste spelers waarschijnlijk wel remise opleveren. De stelling werd ter arbitrage voorgelegd aan de Joegoslavische grootmeester Gligoric, die dus de uitslag moest vaststellen. Ook al zou de partij voor Heinicke gewonnen worden verklaard, dan nog zou Nederland met de totaalscore tevreden zijn. In het KNSB-tijdschrift is niet vermeld wat de uitslag van de arbitrage is.

Nederland - Zuid-Afrika, 1952

De wedstrijd Nederland – Zuid-Afrika werd gespeeld op 16 en 17 februari 1952 in Amsterdam. Deze wedstrijd was een zogenoemde ‘telegraaf-match’. Dat wil zeggen dat de zetten werden overgebracht per telegram.

Het Nederlandse team zat achter de borden in het Amsterdamse Beursgebouw, terwijl de spelers van Zuid-Afrika in Johannesburg verbleven.

De Effectenbeurs, door het bestuur van de vereniging voor de Effectenhandel welwillend beschikbaar gesteld, was voor deze gebeurtenis uitstekend geoutilleerd. Een tube-installatie, vlak naast de tafel van de wedstrijdleiding en bediend door een PTT-man, bracht de telegrammen in een zucht over naar een in de beurs zelf gevestigd telegraafkantoor, vanwaar ze via Londen en Kaapstad in dikwijls verbluffend korte tijd naar Johannesburg gedirigeerd werden. De betrokken telegraaf-autoriteiten en -operateurs moeten er wel een sportieve eer in gesteld hebben, de transmissie zo snel en feilloos mogelijk te laten verlopen.

De 240 telegrammen, die ongeveer 420 zetten overbrachten, elk samengesteld uit vijf losse letters, konden gewaardeerd worden met het hoogste cijfer: een volle 10!

Nederland won de wedstrijd met 4-2.

Dr. Max Euwe en Hans Bouwmeester wonnen hun partij.

UitslagZuid AfrikaVier partijen kwamen niet tot een einde. Hoewel ze gunstig stonden voor de Nederlanders, stelde Nederland voor om deze vier partijen remise te verklaren. Deze sportieve geste werd door de Zuid-Afrikanen zeer gewaardeerd, zo lieten ze in hun afscheidstelegram weten. Alex Vinken speelde aan bord 5. Hij speelde met wit de Colle-opening met Lf4, zwoegde verbeten en in stilte en had na 37 zetten winstkansen. Zoals gezegd, werd zijn partij dus net als de andere resterende partijen remise gegeven.

In het Tijdschrift van de KNSB toonden de Nederlanders zich tevreden. We citeren: ‘We kunnen met het verloop en de uitslag van dit experiment, dat dank zij de onvolprezen PTT-service ver boven onze verwachting slaagde, tevreden zijn.’

Alex Vinken was mijnwerker, eerst ondergronds en daarna bovengronds, voornamelijk in het magazijn van de Oranje Nassau I in Heerlen en de Oranje Nassau IV in Heksenberg.

Er zaten heel wat schakers bij de Limburgse mijnen. Zo was bijvoorbeeld de directeur van de Oranje-Nassau Mijnen, ir. Felix Bianchi, een verwoed schaker en zelfs niet minder dan dertig jaar voorzitter van de Limburgse Schaakbond. Er is waarschijnlijk geen bedrijf in Limburg geweest waar zoveel aandacht voor het schaken was als bij de Mijnen en dus zal Alex Vinken zich bij zijn werkgever als een vis in het water hebben gevoeld.

Personeelsbladen

In de personeelsbladen van de Staatsmijnen was dan ook veel aandacht voor het schaken. Alle nummers van de vroegere personeelsbladen van de Staatsmijnen zijn voor iedereen toegankelijk. De collectie omvat alle jaargangen van de bladen ‘Stukkool’ (1929 t/m 1942), ‘Steenkool’ (1946 t/m 1955) en ‘Nieuws van de Staatsmijnen’ (1952 t/m 1985). Ze zijn digitaal beschikbaar op www.demijnen.nl. De bladen zijn te vinden via de volgende hyperlink:

www.demijnen.nl/collectie/tijdschriften-staatsmijnen

Het is een genot om door deze bedrijfstijdschriften heen te bladeren. We vonden in een aantal bladen de nodige informatie. Er zijn meerdere grote massakampen gespeeld, tussen afdelingen van de Staatsmijnen onderling en tussen de Staatsmijnen en de Philips uit Eindhoven. Hoeveel wedstrijden er exact gespeeld zijn, viel niet te achterhalen. We hebben er geen compleet beeld van. Wel hebben we er enkele gevonden, inclusief verslag en foto’s en onze conclusie is dat eind jaren 40 / begin jaren 50 in ieder geval massaal werd geschaakt door werknemers van de Staatsmijnen.

Hier onder volgen de verslagen en een aantal foto’s van enkele massakampen die we hebben gevonden.

1948, Steinerbos

In een uitgave van ‘Steenkool’ in augustus 1948 (uitgave jaar 1948 / nr. 14) vonden we een verslag van de wedstrijd tussen de schakers van Staatsmijn Maurits en die van de Chemische Bedrijven van het Maurits-Complex. In totaal waren er maar liefst 168 spelers. Ze schaakten in ontspanningsoord Steinerbos en hoewel het 1 juli was, was het geen lekker weer en dat noodzaakte heel wat schakers om op deze donderdagavond de hoed op te houden en de jas met opstaande kraag aan. Er waren heel wat bleke gezichten en rode oren. In het artikel wordt gesproken van ‘een jaarlijks terugkerende wedstrijd’. Onder de deelnemers bevond zich ook dr. Jan Selman, die dat jaar Kampioen van Limburg was. Zijn aanwezigheid werd bijzonder genoeg gevonden om er een foto van op te nemen.

Hyperlinks:

PDF-bestand van de pagina in 'Steenkool'

Steinerbos
Schakers in dikke jassen in het Steinerbos, 1948.
 
JanSelman
Dr. Jan Selman.
 
(bovenstaande foto’s zijn overgenomen uit 'Steenkool', bedrijfstijdschrift van de Nederlandse steenkolenmijnen)

 

1949, Treebeek

In een nummer van ‘Steenkool’ in oktober 1949 (uitgave jaar 1949 / nr. 20) troffen we een verslag over twee volledige pagina’s aan van de ontmoeting ‘Maurits-complex tegen rest Staatsmijnen’. Ze schaakten in het Beambten-Casino in Treebeek. Er werd gespeeld aan 250 borden, in totaal dus 500 spelers. Onder hen één vrouw, mej. A.M.F. Leenen. Het was een feest van verbroedering, want alle rangen en standen zaten in Treebeek kriskras door elkaar. Groten uit de Limburgse schaakwereld deden mee. Onder hen dr. Jan Selman, in 1948 kampioen van Limburg, en de Limburgse topspeler Hein Meddeler.

De grote schaakpromotor bij de Staatsmijnen was destijds L. Aarts. In het artikel in ‘Steenkool’ wordt hij geciteerd: ‘Deze ontmoeting is opgezet om propaganda te maken voor de schaaksport. De ondergronders en de bovengronders, de beambten op het kantoor en de scheikundigen, kortom allen moeten worden warm gemaakt om deze sport te gaan beoefenen’.

De schrijver van het artikel was onder de indruk van de massaliteit en de sfeer. Citaat: ‘De sfeer, die bij deze ontmoeting heerste, was echt en ongedwongen. Het kan haast niet anders, of deze sportieve geest zal ook bij het werk van iedere dag in pijler en werkplaats, op de kantoren en in de laboratoria als een onmisbare factor worden gevoeld voor het goed functioneren der onderlinge verhoudingen. Dat mag als een winst van belang worden beschouwd’. 

Hyperlinks:

Blad 'Steenkool' jaar 1949 / nr. 20 op mijnen.nl

Pdf-bestand van pagina in 'Steenkool' (linkerpagina)

Pdf-bestand van pagina in 'Steenkool' (rechterpagina)

 

Openingszet
Hier wordt de openingszet gedaan door dr. Groothoff aan het bord van Selman en Meddeler.
 
Bianchi
ir. Felix Bianchi.
 
(bovenstaande foto’s zijn overgenomen uit 'Steenkool', bedrijfstijdschrift van de Nederlandse steenkolenmijnen)

 

1949, Maurits - Chemische Bedrijven

in 'Steenkool' van 1 augustus 1949 vonden we een verslag van de schaakwedstrijd tussen Maurits en Chemische Bedrijven. Er wordt vermeld dat deze wedstrijd een zekere traditie heeft en al in 1946, 1947 en 1948 werd gespeeld. De kop boven het artikel luidt: 'Paarden springen, koningen sneuvelen'.  

Hyperlinks:

Blad 'Steenkool' 1 augustus 1949 op mijnen.nl

Pdf-bestand van de pagina in 'Steenkool' 

 

1950, Eindhoven

In de jaren 50 werden meerdere massakampen gespeeld tussen de Staatsmijnen en Philips. Met groot gemak konden deze ondernemingen honderden schakers op de been brengen, al waren het natuurlijk wel mammoetbedrijven waarvan je kunt zeggen dat ze keus genoeg hadden - maar toch.

In ‘Steenkool’, uitgave 15 april 1950, zagen we een foto over de hele pagina van een glunderende mijnwerker die zijn partij gewonnen heeft. Het bijschrift meldt: ‘De schaakkamp Philips-Mijnen was nauwelijks zeven minuten aan de gang, of steenhouwer Martin Muylder van de mijn Willem Sophia had zijn tegenspeler - met de triomfantelijke lach van de overwinnaar - schaakmat gezet’. Daarmee was de stand 1-0. De wedstrijd werd gespeeld in het Philips Ontspanningsgebouw in Eindhoven aan ruim vierhonderd borden. Het is welhaast niet voor te stellen: een schaakzaal met ruim achthonderd man! De Limburgse mijnen behaalden een klinkende zege in het hol van de leeuw: 253-202.

In ‘Steenkool’, uitgave 1 mei 1950, kwam het blad nog eens uitgebreid terug op de schaakontmoeting met twee pagina’s met sfeerverslag en foto’s. 

Hyperlinks:

Blad 'Steenkool' 15 april 1950 op mijnen.nl

Pdf-bestand van de pagina in 'Steenkool' 15 april 1950

Blad 'Steenkool' 1 mei 1950 op mijnen.nl

Pdf-bestand van de pagina in 'Steenkool' 1 mei 1950 (linkerpagina)

Pdf-bestand van de pagina in 'Steenkool' 1 mei 1950 (rechterpagina)

 

Muylder
Martin Muylder straalt. Hij heeft de Mijnen al snel op een voorsprong gezet: 1-0.
 
Meijering Vinken
De partij tussen de kampioen van Philips dr. Meijering (links) en de mijnenkampioen Alex Vinken werd remise.
 
felicitatie
H. van Overhagen (links), voorzitter van de Philips-schaakclub, feliciteert voorzitter L. Aarts van het Mijnen-schaakcomité met de winst. Op het bord tussen hen in staat de uitslag: 202 voor Philips, 253 voor de Mijnen.
 
(bovenstaande foto’s zijn overgenomen uit 'Steenkool', bedrijfstijdschrift van de Nederlandse steenkolenmijnen)

 

In het Limburgsch Dagblad van 27 maart 1950 verscheen een artikel over deze match onder de kop ‘Mijnen bleven bij monsterschaakmatch de meerderen van Philips’. Voor dit artikel klik hier.

 

1953, Eindhoven

Een prachtig evenement waar ook Alex Vinken weer bij aanwezig was, vond plaats in april 1953: een massakamp tussen de twee machtige pijlers van de Nederlandse industrie in Zuid-Nederland: Philips en de Staatsmijnen. Hierover werd bericht in het Tijdschrift van de Nederlandse Schaakbond en de kop boven het artikel luidde:

’n grandioos schaakfeest!

Maar liefst 500 schakers uit de mijnstreek bestreden 500 Philips-personeelsleden. Aan beide zijden moesten nog enkele honderden mensen teleurgesteld worden. Zij konden niet meedoen wegens plaatsgebrek. De grote schouwburgzaal en nog drie andere zalen in het Philips Ontspanningsgebouw huisvestten de 1.000 strijders.

In het Tijdschrift stond:

’In een stoet van 13 met spandoeken versierde autobussen -  de reis op zichzelf was al een propagandatocht door de vele stadjes en dorpen – arriveerden de mannen van de mijnlamp en maakten vervolgens, voorafgegaan door de perfecte Philips harmonie en onder grote belangstelling van de bevolking der lichtstad, een rondrit langs de uitgestrekte fabriekscomplexen’.

Alex Vinken verloor van dr. Stumpers. Maar de totaaluitslag werd een overwinning voor de Limburgers. Van het grootse evenement ging een geweldige propagandistisch waarde uit. De pers besteedde er veel aandacht aan. Het Tijdschrift van de schaakbond meldt:

‘zeer zeker als men van de geboden gelegenheid gebruik weet te maken, zoals een kleine club in de mijnstreek, met 12 leden, deed. Zij nodigde aspirant-deelnemers uit om op de clubavond wat te komen oefenen. Resultaat: 5 nieuwe leden, met vrij zekere kans op nog meer.’

Welkom
Beeld van de massakamp tussen Philips en de Mijnen. In grote letters staat er: ‘WELKOM SCHAKERS’
 
Prijsuitreiking
Beeld van de prijsuitreiking van de massakamp tussen Philips en de Mijnen.
 
Herinneringsbord
De namen Philips en de Mijnen staan vermeld op een herinneringsbord.
 
De bovenstaande foto’s van dit grote evenement in 1953 zijn beschikbaar gesteld door Gerrit Veldhoen (Spaubeek, Zuid-Limburg)

 

 

ISPW Hosting & Internetdiensten